Bieb Bieb Hoera

De meeste bezoekers van de bibliotheek weten het niet, maar op de bovenste verdieping, het domein van beeld, geluid en bladmuziek, woedt een permanente revolutie. Een tragisch moment was de zaterdag waarop alle langspeelplaten voor een euro per stuk de deur uitgingen. Om tien uur begon het. Handelaren stortten zich vooral op de jazzcollectie, de grootste en mooiste van het land. In de kortste keren was er niets van over. Al die platen in die vaak prachtige hoezen weg.

De cd’s kregen er meer ruimte door, en de eerste tijd hoorde je overal geklik als handen door de bakken met de plastic doosjes gingen. Tot Spotify.

De cd werd plotseling, net als de lp, iets van het verleden, zoals aan de andere kant van de zaal de dvd. De derde verdieping werd verontrustend stil. En wie nog cd’s wil lenen, is nu te laat. Per 1 januari is de afdeling opgeheven.

Streamingdiensten namen het over. Alles is virtueel; je zweeft rond in een universum waarin niets meer aanraakbaar is. Tussen de maker en de gebruiker zit alleen een internetbedrijf.

Vijftig jaar geleden liepen veel mensen (vooral jonge vrouwen) met een pakje halfzware shag in de hand, twintig jaar terug met een flesje water en nu met een smartphone. Met dat mobieltje ben je met alles en iedereen verbonden: met je vrienden, alle muziek van de wereld, de krant, gesproken boeken, Netflix, de tv. Wat moet je dan nog in de bieb?

Van alles. Grote bibliotheken, op een nieuwe leest geschoeid, doen het goed. Ze zijn de buurthuizen van de stad. Je komt er om te studeren, te debatteren, mensen te ontmoeten, te eten en te drinken, te luisteren naar je lievelingsschrijver, te lezen, en natuurlijk ook om boeken te lenen. Want al blijft in dit ict-tijdperk weinig hetzelfde, het boek houdt stand, ook tegen het e-book.

Amsterdam heeft ook zo’n nieuwe bibliotheek, dichtbij het Centraal Station. Veel ruimte, veel roltrappen, veel bewakers, veel Apple-computers. De bezoekerscijfers gingen dankzij de nieuwbouw enorm omhoog, maar zijn tamelijk geflatteerd, want ook de mensen die rechtstreeks naar La Place op de bovenste verdieping gaan, worden meegerekend. Je hebt er een fantastisch uitzicht over de stad, net zoals in het splinternieuwe Forum (bibliotheek, filmtheater, etc. ) in Groningen.

Mijn probleem met de bieb op de Neude is dat ik erg gehecht ben aan de huidige. Ik vind het een prachtig, gezellig gebouw, ook al gebeurde er de laatste jaren nauwelijks iets aan het onderhoud. Als ik ’s avonds over het Oudkerkhof richting Stadhuisbrug loop en ik zie al die verlichte ramen dan wil ik naar binnen. Ik voel me er geborgen, op m’n gemak.

Ik hoop maar dat het een mooie bestemming krijgt. In de nieuwe bieb zal het wel even wennen zijn. Maar na een poosje weet ik natuurlijk niet beter. Ik begin me er zelfs op te verheugen.

(mijn laatste editorial in de Binnenstadskrant, januari 2020)