Onafgemaakte klus
2014
Onafgemaakte klus
Bij z’n afscheid van de landelijke politiek kreeg Tweede Kamerlid Aleid Wolfsen een plek in de eregalerij van HP/De Tijd. Elke week plaatste dit blad een pagina-grote foto van een zeer verdienstelijke Nederlander. De redactie vond hem een voortreffelijk politicus, wars van publiciteits- zucht.
Wolfsen moest het burgemeesterschap van Utrecht veroveren via een ridicuul referendum, waarvoor hij wekenlang met volle overgave op verkiezingstournee ging. Hij bleek een vriendelijke, geïnteresseerde, wat bedeesde man, zeker geen praatjesmaker. De meeste Utrechters stemden niet op hem, en nog minder op zijn tegenstrever Ralph Pans. Ze bleven massaal thuis, waardoor het referendum de geldigheidsdrempel niet haalde. Niettemin had vrijwel iedereen vrede met Wolfsens benoeming. Hij zou het best goed kunnen doen. Ruim een jaar later kwam het bericht dat op zijn aandringen een editie van Ons Utrecht was vernietigd. In het blad stond een artikel waarin in twijfel werd getrokken of hij terecht
de huur van tijdelijke woonruimte als onkosten had gedeclareerd. Later bleek dat al maanden eerder een journalist van het Utrechts Nieuwsblad zich in de kwestie had verdiept, maar dat zijn stuk na overleg tussen de burgemeester en de hoofdredactie was tegengehouden. In één van de twee niet-geplaatste artikelen zegt Wolfsen dat de declaratie-kwestie überhaupt niet in de krant mag omdat ze ten onrechte een schimmige sfeer schept rond mijn persoon. Ik zou nooit iets aannemen waarop ik geen recht heb’.
Mensen op het stadhuis die veel met hem te maken hadden, prijzen hem als iemand met een groot rechtvaardigheidsgevoel. Maar toen hij zelf naar zijn idee onrechtvaardig behandeld werd, had hij meer afstand moeten nemen, vinden zij. Rijst de vraag of ze hem gewaarschuwd heb- ben.
In de slotfase van zijn burgemeesterschap was het opnieuw zijn weerzin tegen onrecht die hem tot handelen dreef: op grond van veronderstelde mensenhandel en andere misstanden sloot hij alle raamprostitutie in de stad. De vervolgstap maakte hij wereldkundig op zijn laatste persconfe- rentie: Utrecht krijgt veilige, gezonde en uitsluitend vrijwillige prostitu- tie, zei hij. De boten langs het Zandpad verdwijnen, er komen containers op een terrein er achter, de Hardebollenstraat gaat ’s nachts tussen twee en acht uur dicht.
De burgemeester straalde op die bijeenkomst een opvallende blijmoedigheid uit. Binnen een half jaar konden, zei hij, de prostituees op hun nieuwe plekken weer aan de gang; dankzij nachtsluiting ging de Hardebollenstraat er flink op vooruit.
Inmiddels weten we dat het allemaal niet zo eenvoudig ligt. De financiering is volstrekt onduidelijk, het halve jaar wordt zeker anderhalf jaar, de bewoners van de Breedstraatbuurt willen de prostitutie in de Hardebollen- straat absoluut niet terug.
Wolfsen liet voor zijn opvolger Jan van Zanen een lastige klus achter.
(Naschrift: de pandjes in de Hardebollenstraat kregen een horecabestem- ming, de terugkeer van de raamprostitutie op het Zandpad (in een nieuw te bouwen modern hofje) is nog ver weg.)